Orchestrions

In het Museum Wilhelmsbau bij het Technik Museum Speyer kunnen de bezoekers een fascinerende verzameling orchestrions uit alle eeuwen en bouwwijzen bekijken, waarvan wereldwijd vaak slechts enkele exemplaren bewaard zijn gebleven. Orchestrions of kabinetorgels beschikken over veel verschillende klankmakers en hebben dan ook de klankrijkdom van een klein orkest. Kenmerkend is een klavier dat bij veel apparaten ook handmatig kan worden bespeeld, slaginstrumenten zoals trommels, bekkens en een xylofoon en allerlei soorten fluiten en pijpen. Als muziekdragers worden papieren rollen of trommels of cilinders met pinnen gebruikt.

Zelfs de beste instrumenten met plaataansturing hebben niet dezelfde geluidskwaliteit als die van een echt orchestrion. De meeste instrumenten zijn tussen 1830 en 1930 in Duitsland geproduceerd. Belangrijke fabrikanten waren onder andere Hupfeld, Popper en Lösche in Leipzig en Welte, Weber, Bruder, Ruth, Imhof & Mukle, Heizmann en Blessing in het Schwarzwald en omgeving. Vanaf 1930 werden de muziekautomaten, met uitzondering van kermis- en dansorgels, in toenemende mate door platenspelers, bandopname-apparaten en radiotoestellen verdrongen.