In opdracht van de commandant van de onderzeeërs werd de mini-onderzeeër "Biber" in mei 1944 als geheim wapen in slechts zes weken ontworpen, gebouwd en aan de troepen geleverd. De minionderzeeër werd aangedreven door een benzinemotor en een elektromotor. De snelheid bedroeg 5,8 km/u boven water en 4,7 km/u onder water.

De onderzeeër werd voor het eerst ingezet door de kleine gevechtseenheden van Admiraal Heye in de nacht van 29 op 30 augustus 1944. In totaal waren 18 "Biber"-onderzeeërs betrokken bij deze aanval, waarbij een landingsvaartuig en een Liberty-transportschip tot zinken werden gebracht. Ondanks dit succes kon de "Biber" door technische problemen niet aan de verwachtingen voldoen. Slechts enkele van de 325 gebouwde eenheden zijn bewaard gebleven. Het exemplaar van het museum werd in 1976 ontdekt tijdens het baggeren van een vaargeul bij Rotterdam in Nederland.

Technische gegevens:
Bouwjaar: vanaf 1944 | Verplaatsing in het water: 6,7 ton | Lengte: 8 m - breedte: 0,89 m | Diepgang: 1,1 m | Bemanning: 1 man | Bewapening: 2 torpedo's